Update: ten tijde van publicatie van dit bericht/document gaven de cijfers uit onderzoek reden om uit te gaan van ongeveer 1 miljoen bi+ mensen in Nederland. Uit cijfers in de Veiligheidsmonitor van 11 oktober 2024 van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat we uit kunnen gaan van 1,7 miljoen bi+ mensen in Nederland.
Op 18 november 2022 verscheen de nieuwe Emancipatienota 2022-2025. Hierin presenteert minister Dijkgraaf, als coördinerend minister van emancipatie*, zijn visie en plannen voor emancipatie. Nog nooit was er zoveel aandacht voor bi+, al zijn er ook gemiste kansen. Hier geven we vanuit een bi+ blik onze reactie.
Door Jantine van Lisdonk en Els Veenis
Het nieuwe emancipatiebeleid richt zich wederom voornamelijk op vrouwen en lhbtiq+ (lesbisch, homo, bi+, transgender, intersekse, queer) mensen. Het gaat over wat ‘wat zij nodig hebben om gelijke kansen te krijgen en om die kansen ook te verzilveren’. Met de titel Emancipatie: een opdracht voor ons allen maakt de minister duidelijk dat emancipatie niet alleen gaat over het wegnemen van drempels en het ondersteunen van vrouwen en lhbtiq+ mensen. Het betreft óók een maatschappelijke cultuurverandering en bespreekbaarheid in de samenleving. Hiervoor is iedereen verantwoordelijk. De minister erkent dat Nederland in Europa niet meer tot de top behoort van landen met vooruitstrevend beleid op het gebied van lhbtiq+ emancipatie. Er valt nog veel te verbeteren. Ook uit de minister zijn zorgen. Want ondanks dat in Nederland veel mensen emancipatie en gelijke behandeling van vrouwen en lhbtqi+ mensen belangrijk vinden, is er ook een internationale conservatieve beweging gaande die in Nederland steeds grotere aandacht krijgt. Deze tegenbeweging mikt op het beperken van de verworven rechten van vrouwen en lhbtiq+ mensen.
Domeinen
Het emancipatiebeleid richt zich op allerlei domeinen: arbeid, veiligheid, zorg, onderwijs, gelijke behandeling en wetgeving, en internationaal. Het gaat dus over allerlei ministeries. Voor lhbtiq+ emancipatie staat het Regenboogstembusakkoord centraal, waarin belangrijke thema’s voor wet- en regelgeving zijn gebundeld waarop verbetering nodig is. De minister benoemt ook allerlei maatregelen voor in de uitvoering. We zijn het eens met COC Nederland, dat het ambitieus maar weinig concreet is.
Intersectionaliteit
Nieuw is de sterke aandacht voor intersectionaliteit. Dit houdt in dat verschillende vormen van ongelijkheid elkaar kunnen treffen binnen eenzelfde individu. Mensen kunnen dus op verschillende manieren met discriminatie, privileges of machtsposities te maken krijgen . Niet alleen wordt geprobeerd om meer samenhang te krijgen in het kabinetsbeleid tegen alle vormen van discriminatie, racisme, en kansenongelijkheid. Ook gaat het kabinet per onderwerp een intersectionele benadering inzetten voor effectievere beleidsinterventies.
Mede als gevolg van deze intersectionele benadering krijgt bi+ in het nieuwe emancipatiebeleid veel meer aandacht dan in voorgaande jaren. Binnen het huidige emancipatiebeleid was bi+ weliswaar een thema, maar kwam alleen aan bod onder de noemer ‘kwetsbare groepen’. We waren er blij mee, want het was een begin. Toch doet het bi+ emancipatie natuurlijk tekort om bi+ mensen alleen als kwetsbare groep te zien en voorbij te gaan aan de onveiligheid en extra problemen waar ze tegen aanlopen als gevolg van uitsluiting, onzichtbaarheid en gebrek aan erkenning.
Maatregelen
Nu is daar meer aandacht voor. Bij de thema’s Arbeid, Veiligheid (inclusief seksueel geweld) en Zorg komt aan bod dat de situatie van bi+ mensen bijzonder ongunstig is. Zij krijgen met meer of andere problemen te maken dan monoseksuele mensen. Ook wordt benoemd dat de monoseksuele norm hierin een rol speelt. Over de probleemanalyse zijn we tevreden en het is goed te zien dat onze Nationale Kennissynthese als input heeft gediend voor het nieuwe emancipatiebeleid.
Er worden vier maatregelen genoemd die specifiek gericht zijn op bi+ emancipatie en bi+ mensen. De belangrijkste is dat de minister aangeeft Bi+ Nederland en haar werk te ondersteunen. Dit is voor ons van essentieel belang. Ten tweede wordt verkend hoe een onderzoek eruit kan zien gericht op bi+ mensen en de arbeidsmarkt. Ten derde zal het ministerie van OCW organisaties betrekken in het bepalen welke onderzoeken en oplossingsrichtingen nodig zijn om de gezondheid van bi+ mensen en hulpverlening aan hen te verbeteren. Tot slot, zal de directie emancipatie zelf meer aandacht hebben voor bi+ emancipatie door jaarlijks met belangrijke organisaties hierover te spreken. Ook heeft de Bi+ Zelfscan van Bi+ Nederland die ze hebben gedaan ertoe geleid dat de directie emancipatie meer aandacht heeft voor bi+ inclusieve communicatie, bi+ mensen in de eigen organisatie en representatie van bi+ personen om de zichtbaarheid te vergroten.
Gemiste kansen
Terwijl de minister erkent dat bi+ mensen opvallend vaak te maken krijgen met onveiligheid, een slechte gezondheid en seksuele grensoverschrijding, valt het op dat er in de diverse algemene en lhbtiq+ programma’s en maatregelen werkelijk geen enkele aandacht wordt besteed aan de situatie van bi+ mensen. Behalve het (mogelijk) uitvoeren van meer specifiek onderzoek, lijkt het erop dat bi+ een ‘blinde vlek’ blijft in beleidsontwikkeling, preventie en hulpverlening. Met oog op de intersectionele benadering en benodigde (interne) cultuurverandering om systemische ongelijkheid te verminderen (lees: heteronormativiteit én mononormativiteit) roept Bi+ Nederland op dat bi+ inclusie niet alleen in losse initiatieven aan bod komt, maar dat er in alle relevante beleidsdossiers rekening wordt gehouden met bi+ inclusie (mainstreaming). Graag zien we dat er aandacht komt voor bi+ inclusie in het huidige Actieplan Veiligheid LHBTI, de programma’s Regenboogsteden en Veilige Steden, en het nationaal actieplan tegen seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld.
Bi+ Nederland roept op dat bi+ inclusie niet alleen in losse initiatieven aan bod komt, maar dat er in alle relevante beleidsdossiers rekening wordt gehouden met bi+ inclusie.
Ook zou het een vooruitgang zijn als bi+ inclusie in algemeen beleid en programma’s op de domeinen arbeid, zorg, veiligheid, onderwijs en gelijke behandeling en wetgeving wordt gemonitord. We stellen voor dat de minister overweegt dat naast de uitvoering van de Gendertoets voor beleid, wet- en regelgeving, ook een Intersectionaliteitstoets te (laten) ontwikkelen en invoeren. Bi+ Nederland denkt graag mee.
Verder blijven we vinger aan de pols houden voor een gedegen continuering van de LHBTI+ monitor, waarin ook de houding tegenover bi+ mensen wordt gemeten. Tot slot, zien we graag dat de Algemene Wet Gelijke Behandeling eindelijk ook rechtsbescherming zal bieden voor bi+ mensen in navolging van lesbische, homo, transgender en intersekse mensen.
Conclusie
Het is te prijzen dat bi+ emancipatie zoveel meer op het netvlies is komen te staan en dat er gewerkt blijft worden om inzicht te krijgen in oorzaken en oplossingsrichtingen op het gebied van ongunstige posities van bi+ mensen. Tegelijk constateren we, net als de minister, dat emancipatie inderdaad een opdracht voor ons allen is. Daarom gaan wij ons er de komende tijd hard voor maken dat bi+ emancipatie en inclusie niet alleen is voorbehouden aan specifieke verkenningen, onderzoek en beleid, maar ook steeds meer onderdeel gaat uitmaken van thema-gericht beleid, programma’s, actieplannen en onderzoek. Bi+ Nederland draagt op die manier graag bij aan de intersectionele benadering, cultuurverandering en het verminderen van systemische ongelijkheid, zodat de ongeveer 1 miljoen bi+ mensen in Nederland zich vrij en veilig voelen om zichzelf te kunnen zijn.
*) Het rijksoverheidsbeleid voor emancipatie is een onderwerp dat meerdere ministeries aangaat. Dijkgraaf is de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en hij heeft als taak de beleidsontwikkelingen van deze ministeries op het gebied van emancipatie te coördineren.